Alleen in mijn kamer en kerstmis op til.
Ik lees Lucas de evangelist
en plotseling hoor ik de avond zo stil
als een landschap onder de mist.
Rondom mij staan boeken in het gelid
met hun bladzijden angst en verdriet,
maar Lucas bezweert mij: Luister naar dit
bevel van de engel: vrees niet.
Ik lees: Zacharias ontstelde zeer
en Maria verschrok in haar huis,
de herders lagen bevende neer
maar de hemel werd luid van geruis.
Zacharias, Maria, herders, vrees niet
zei de engel van Lucas tot u.
Ik weet dat zijn vrede over u is geschied,
maar geldt dat voor hier en nu?
Want twijfelzucht, onrust en overmoed
namen beurtelings van mij bezit
en hoe wordt de wereld van morgen,
hoe wordt de donkere wereld nog wit?
Een kamer verstilt in een kleine stad
en een hart in die kamer verkilt,
de sneeuw van papier en van lamplicht dat
op mijn schrijvende handrug trilt.
De donkere wereld wordt buiten wit
tot een schielijke heldere bres
van de wassende maan die verborgen zit
in de nok van een dunne cipres,
het dreigende teken van angst aan een wand
vol boeken wordt uitgewist
door de hand van de engel en door de hand
van sint Lucas de evangelist.
Anton Van Wilderode
Geen opmerkingen:
Een reactie posten