dinsdag 3 juni 2008

Hermann Hesse - Wat ik geloof

Het geloof dat ik bedoel, is niet makkelijk onder woorden te bren­gen. Men zou het ongeveer zó kunnen uitdrukken: ik geloof dat, ondanks de klaarblijkelijke onzin, het leven toch een zin heeft; ik leg mij erbij neer deze hoogste zin met het verstand niet te kunnen vatten; ik ben echter bereid hem te dienen, ook al zou ik mijzelf daarbij moeten opofferen.
De stem van deze zin hoor ik in mijzelf, in de ogenblikken waarin ik werkelijk en helemaal levend en wakker ben.
Wat het leven in deze ogenblikken van mij verlangt, wil ik trachten te verwerkelijken, ook als het tegen de gangbare wetten en modes in gaat.
Dit geloof kan men op geen enkele wijze bevelen of zichzelf ertoe dwingen. Men kan het enkel beleven.
Evenals de christen de 'genade' niet kan verdienen of krijgen door geweld of list, maar ze enkel beleven in het geloof.
Wie dit niet kan, zoekt zijn geloof dan maar bij de kerk, of bij de wetenschap, of bij de nationalisten of de socialisten, of ergens anders waar men klaarge­maakte morele regels, programma's of recepten heeft.
Of een mens in staat is, of het zijn bestemming is de moeilijke en mooiere weg te gaan, die tot een eigen leven en zin leidt, dat kan ik niet beoordelen, zelfs niet als ik hem voor ogen zie.
De roep­stem komt tot duizenden, velen gaan een stuk van de weg, weinigen volgen hem tot over de grens van hun jeugd, en misschien gaat niemand hem wel tot het einde toe.
(1930)

Geen opmerkingen: