In uiterste wanhoop zoek ik haar in alle hoeken van mijn kamer;ik vind haar niet.
Mijn huis is klein en wat er eenmaal is weggegaan,
is voorgoed weg.
Maar oneindig is uw woonhuis, Heer,
en op zoek naar haar ben ik naar uw deur gekomen.
Ik sta onder het gouden gewelf van uw avondlijke hemel
en ik richt mijn verlangende ogen op uw gelaat.
Ik heb de grens bereikt van de eeuwigheid,
waaruit niets kan verdwijnen - geen hoop, geen geluk,
geen beeld van een gelaat, door tranen heen waargenomen.
0, doop mijn geledigd leven in die oceaan,
dompel het in de diepste volheid.
Laat mij nog een keer die zoete aanraking voelen
in de volheid van het heelal.
RABINDRANATH TAGORE (GITANJALI )




73
De vermoorde is niet onschuldig aan zijn eigen dood,
Laat mij zo diep in mezelf verdwijnen








Hoe minder men bezit, hoe minder men bezeten wórdt. Hoe meer men bezit, hoe meer men bezeten wordt. Hoe meer men bezeten wordt, hoe minder men wordt geacht. Hoe minder men bezeten wordt, hoe meer men wordt geacht.»
Een man besloot een kluizenaar op te zoeken die, zo was hem verteld, niet ver van het klooster te Sceta leefde. Na doelloos in de woestijn gedoold te hebben, vond hij de monnik.












De levenskracht die gij eenmaal bezat
Een wereld is ieder mens, bevolkt
Als je bang bent om te sterven en je vastklampt (aan het leven), zul je demonen zien die je het leven ontrukken. Als je innerlijke vrede hebt, zul je zien dat de demonen in werkelijkheid engelen zijn die je bevrijden van de aarde. Het enige dat ons brandt, is wat we niet willen loslaten – onze herinneringen en gehechtheden..jpg)
Jouw liefde bestaat vooral uit haat, want je klampt je vast aan de vrouw of man waar je profijt van hebt. Vervolgens begin je te haten, zoals een hond die rond de voederbak draait, eenieder haat die gluurt naar de maaltijd. Je noemt dit egoïsme van de maaltijd liefde. De liefde is je nauwelijks geschonken of ook daar, zoals in je valse vriendschappen, maak je van de vrije gave een knechtschap of een slavernij. Je begint jezelf als gekwetst te ontdekken vanaf het ogenblik dat men je bemint. Vervolgens af te straffen door de vertoning van je lijden, om daardoor de ander nog beter te onderwerpen. Inderdaad je lijdt. Maar juist van dit lijden heb ik een afkeer. Waarom wil je dat ik het bewonder?



- Niet zonder reden wordt Jezus na zijn doop in de Jordaan onverbiddelijk met zijn eigen schaduwgestalte geconfronteerd. Ieder weldoend mens zal in de ziel zijn onthutsende tegenstrever in de ogen moeten zien.
Loopt er door ieder mensenleven zo'n rode draad van merkwaardige toevalligheden? Of ben ik de enige die dergelijke dingen meemaakt? Grijpen de ringen van de gebeurtenissen wellicht pas dan in elkaar om een keten te vormen als men hun samenhang niet verstoort door het maken van plannen die men dom najaagt, als gevolg waarvan men het lot uiteen doet vallen in fragmenten, die anders een onafgebroken, wonderbaarlijk geweven lint zouden hebben gevormd?


De onwetende mens is niet hij, die niets geleerd heeft, doch hij, die zichzelf niet kent, en de geleerde mens is dom, wanneer hij op boeken, op kennis en op gezag vertrouwt om hem begrip te geven. Begrip ontstaat slechts door zelfkennis, wat betekent, gewaar zijn van zijn eigen totale psychologische proces. Opvoeding in de ware zin des woords is dus het begrijpen van zichzelf, want in eenieder onzer is het geheel van het bestaan verzameld.
