O, Grote Geest,
Wiens stem ik hoor in de wind,
en wiens adem leven geeft aan heel de wereld,
Hoor mij!
Ik ben klein en zwak.
Ik heb je kracht en wijsheid nodig.
Laat mij mijn weg in Schoonheid afleggen, en laat mijn ogen altijd de rood en paarse zonsondergang aanschouwen.
Laat mijn handen de dingen die jij hebt gemaakt met eerbied aanraken.
Laat mijn gehoor scherp zijn opdat ik je stem hoor.
Laat me wijs zijn, opdat ik de dingen die je me zou willen leren, kan begrijpen.
Laat me de lessen leren die je in iedere steen en ieder blaadje verborgen hebt.
Ik streef kracht na, niet om sterker te zijn dan mijn broeder of zuster, maar om mijn grootste vijand – mezelf – te bevechten.
Laat mij altijd voorbereid zijn om je op te zoeken met schone handen en heldere ogen, zodat als het leven wegebt, zoals de dimmende zonsondergang, mijn geest zonder schaamte naar je toe kan komen.
Wiens stem ik hoor in de wind,
en wiens adem leven geeft aan heel de wereld,
Hoor mij!
Ik ben klein en zwak.
Ik heb je kracht en wijsheid nodig.
Laat mij mijn weg in Schoonheid afleggen, en laat mijn ogen altijd de rood en paarse zonsondergang aanschouwen.
Laat mijn handen de dingen die jij hebt gemaakt met eerbied aanraken.
Laat mijn gehoor scherp zijn opdat ik je stem hoor.
Laat me wijs zijn, opdat ik de dingen die je me zou willen leren, kan begrijpen.
Laat me de lessen leren die je in iedere steen en ieder blaadje verborgen hebt.
Ik streef kracht na, niet om sterker te zijn dan mijn broeder of zuster, maar om mijn grootste vijand – mezelf – te bevechten.
Laat mij altijd voorbereid zijn om je op te zoeken met schone handen en heldere ogen, zodat als het leven wegebt, zoals de dimmende zonsondergang, mijn geest zonder schaamte naar je toe kan komen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten