
Mijn zoon, werp iedere rover buiten je poorten. Bewaak al je poorten met de toortsen die woorden zijn, en je zult je door dit alles een rustig leven verwerven. Iemand die hierop evenwel niet toeziet, zal worden als een stad die vanwege een belegering verlaten werd, en die door allerlei wilde beesten werd platgetrapt. Want gedachten die niet goed zijn, zijn boze wilde beesten. En je stad zal vol zijn van rovers en je zult voor jezelf geen andere vrede kunnen vinden dan die met allerlei woeste wilde dieren. De Ontaarde, die een tiran is, is meester over hen. Terwijl hij hen bestiert, zit hij in de grote modderpoel. De hele stad, die je ziel is, zal ten onder gaan.
O beklagenswaardige ziel, onthoud je van dit alles. Breng in jezelf je gids en je leraar binnen. Bewustzijn is de gids, en gezond verstand is de leraar. Zij zullen je wegvoeren uit de dreigende ondergang.
Nag Hammadi NHC VII.4
Geen opmerkingen:
Een reactie posten