maandag 17 maart 2008

J. Anker Larsen – 3. Met open deur - Citaat

"Het gebeurt wel eens, wanneer een arm man flink op zijn praatstoel zit, dat hij zich voor­over buigt en gedempt, maar een klein beetje trots, zegt: 'Weet u overigens wel, dat ik fami­lie ben van de graaf van Storborg?' En dan krijgt men tegen wil en dank de familierela­ties te horen. Ook ik kom nu met mijn deftige familie aanzetten. Deze is niet aan tijd of plaats of ras gebonden. Het is een clan, wiens leden onder alle hemelstreken te vinden zijn. Hij heeft geen uiterlijke kentekenen, maar dat hoeft ook niet; zodra wij elkaar slechts ontmoeten, weten wij er alles van. Het zijn de eeuwigheidsondervinders."

Met dank aan René van Blog ‘Het Groene Gezicht’, die dit waardevolle boekje van Antwerpen naar Friesland blies.

2 opmerkingen:

will-Art zei

Geweldig hoe dit citaat verder borduurt op het vorige uit De onwillige Messias.
Tja, die eeuwigheidsvinders... het lijken wel een soort spirituele vrienden!

Hartelijke groet
will-Art

Fran zei

Ja - natuurlijk is dat zo!
Ze 'kunnen' immers niet anders.

Hartegroet van een 'spirituele vriendin'