vrijdag 26 maart 2010

De verloste

Lucht zijn in de lucht
vlam zijn in het vuur
water zijn in de diepste stroom
adem zijn in het grote ademen

handelen vanuit het handelen
rusten vanuit de rust
goed zijn zonder het te weten
weten zonder het te beseffen

mens zijn zoals een boom een boom is
kind zoals een lam een lam
verlang loos zoals de ongeborene
vredig als de probleemloze

koraalkelk op het koraalrif
eenling een met myriaden
stem in het wereldkoor
stervend zonder het te merken

liefde zonder voorwerp
bewustheid zonder bewustzijn.

Erik van Ruysbeek
(Uit: Bronnen van het nu, 1988)

donderdag 25 maart 2010

Citaten

Als ik sterf, zou ik willen zo sterven, dat niets mij hier nog vasthoudt, dat ik reeds geheel geworden ben wat ik ben: oneindig, eeuwig, wezen der dingen, waarheid, zodat er voor mij geen verschil zal te merken zijn tussen de efemere verschijning mens, die ik formeel was, en de onbeperkte werkelijkheid die zich door deze efemere mens even heeft uitgedrukt.
Het is deze onbe­perkte werkelijkheid, dit absolute dat mij, ik hoop het, volledig zal leeggemaakt heb­ben van het egoïstisch ik en zijn onbelang­rijke begoochelingen, zodat ik sereen en objectief, technisch correct, als eeuwige, tijdloze golf kan verder gaan in de eeuwige, tijdloze zee, in de integraal weergevon­den totaliteit van het mogelijke.


Erik van Ruysbeek
(Uit: Van fysica tot metafysica)

Schilderij Johfra

woensdag 24 maart 2010

Citaten

'Het woud is ieder blad
en ieder blad is gans het woud
En ieder blad is ieder ander blad.'
Eric van Ruysbeek

zondag 21 maart 2010

Gedachten

Er is in elk van ons een innerlijke kern,
waarin de volle waarheid woont;
en daaromheen omsluit,
met muur na muur, het grove vlees
die klare en volmaakte visie - die de waarheid is.

Ze is gevangen in dat aardse net
dat ons verbijstert en misleidt,
ons dwalen doet: en WETEN is veeleer
het openen van een weg waarlangs
de gevangen luister ontsnapt,
dan toegang bieden aan een licht
dat, naar men meent, van buiten komt.

Robert Browning

donderdag 18 maart 2010

Paasgedachten.

Er is geen dood, slechts overgang van leven.
Een nieuw habijt is voor U weggelegd.
"Ik ga je voor", heeft menigeen gezegd
Tot U, aan wien hij hier zijn liefde had gegeven.

Als nieuwe liefde bloeit, verdringt zij dan de oude?
Heeft zij die banden ruw vaneen gescheurd?
Of is het zóó, dat wat dan is gebeurd
Voltooiing is van wat gij met hen bouwde?

Voltooiing? Neen, maar wel een verder weven
Van alle banden, oud en nieuw geknoopt.
D' ervaring leert, wat gij steeds hebt gehoopt:
Er is geen dood, doch voortgang van het leven.

Het Leven is uit God, de Liefde, Die het Al omvat.
Uit Zijne Liefde bloeit de band, die U verbindt
Met hen, die zijn gegaan en hen, die gij nu vindt
Aan Uwe zij, als een U hier opnieuw gegeven schat.

En Ginds? Het inzicht is verruimd, door Gods Gena gezuiverd.
In Zijne Liefde zijt ook gij met hen daar saam geketend,
Met allen, die U lief en dierbaar waren. Dit beteekent:
Er is geen dood, waarvoor gij hebt gehuiverd.

Er is geen dood, slechts overgang van leven.
De ziel wordt met een nieuw habijt bekleed.
De "Dood" opent de deur naar daar, waar al het leed,
De scheiding en de smart in Liefde zijn opgeheven.


O. Gunning Sr

zondag 14 maart 2010

Sprokkels

"We moeten niet in iets geloven alleen omdat het gezegd is;
noch in tradities, omdat ze vanuit de oudheid aan ons zijn overgeleverd;
noch in geruchten als zodanig;
noch in geschriften van wijzen, omdat wijzen ze schreven;
noch in fantasieën, waarvan we misschien mogen vermoeden, dat ze ons door een Deva zijn ingegeven (dat wil zeggen in veronderstelde geestelijke inspiratie);
noch in gevolgtrekkingen afgeleid uit de een of andere door ons gemaakte toevallige veronderstelling;
noch omdat iets een analogische noodzakelijkheid schijnt te zijn;
noch alleen maar op het gezag van onze leraren of meesters,
maar dat wij moeten geloven wanneer het geschrift, de leerstelling of het gezegde door ons eigen verstand en ons eigen bewustzijn wordt bevestigd.
Daarom leerde ik u om niet alleen maar te geloven, omdat u hebt gehoord,
maar om, indien u met uw bewustzijn geloofde, in overeenstemming daarmee te handelen."
De Boeddha

donderdag 11 maart 2010

Sprokkels

Vanuit het standpunt van het dagelijks leven. . . is er één ding dat we weten: dat de mens hier is ter wille van andere mensen . . . voor de ontelbare onbe­kende zielen met wier lot we zijn verbonden door banden van sympathie. Vele malen per dag besef ik hoezeer mijn uiterlijk en innerlijk leven is ge­grond op het werk van mijn medemensen, zowel de levenden als de doden, en hoezeer ik me moet inspannen om evenveel terug te geven als ik heb ontvangen.


- Living Philosophies, blz. 3

woensdag 10 maart 2010

Liefde

Je hebt om vergankelijke liefde geroepen, ik heb je vergankelijke liefde gebracht. Want ik ben niet op aarde gebleven om te nemen: ik ben gebleven om te geven - ieder wat hij verlangt. Alleen weten de mensen niet wat hun ziel verlangt. Als ze het wisten, waren zij ziende.
Jij hebt in de salon der illusies van de wereld naar nieuwe ogen verlangd om de dingen van de wereld in een nieuw licht te zien. Herinner jij je niet dat ik gezegd heb dat je eerst je oude ogen uit je hoofd moest huilen voordat je nieuwe kon krijgen?

Jij hebt verlangd naar kennis - ik heb je het dagboek van een van de mijnen gegeven, die hier in dit huis geleefd heeft toen zijn lichaam nog vergankelijk was.

Eva heeft naar onvergankelijke liefde verlangd: die heb ik haar gegeven - en die zal ik om harentwille ook aan jou geven. Vergankelijke liefde is een spookachtige liefde.

Waar ik op aarde een liefde zie ontluiken die boven de liefde tussen spookgestalten uitgroeit, daar spreid ik mijn handen als beschuttende takken boven hen uit, ter bescherming tegen de dood die zijn vruchten wil plukken, want ik ben niet alleen het fantoom met het groene gezicht, ik ben ook de eeuwig groenende boom.

Gustav Meyrink

De Liefde

Verwar de liefde niet met de waanzin van het bezit, dat het ergste lijden met zich meebrengt. Want, in tegenstelling tot de algemene mening, doet de liefde niet lijden. Maar de drift tot eigendom, die het tegendeel is van de liefde, doet lijden... De waarachtige liefde begint daar waar je niets meer terugverwacht. En als de oefening van het gebed zo belangrijk lijkt te zijn om aan de mens de liefde voor de mensen te onderwijzen, dan is dat vooral omdat het gebed geen antwoord ontvangt. Dankzij het stilzwijgen van God is het gebed een oefening van de liefde... Ik herken de waarachtige liefde hieraan dat zij niet gekwetst kan worden...
Antoine de Saint-Exupéry

zondag 7 maart 2010

In laatste instantie....

‘People are often unreasonable, self-centred: Forgive them anyway . If you are honest, people may cheat you, but be honest anyway. What you spend years to build, someone could destroy overnight. Build anyway. The good you do today, people will often forget tomorrow. Do good anyway. You see, in the final analysis it is between you and God; it never was between you and them anyway.’


Vrij vertaald:
Mensen zijn vaak onredelijk, zelfzuchtig: vergeef het hen, hoe dan ook. Wanneer jij eerlijk bent kan het zijn dat mensen jou bedriegen, maar blijf zelf, hoe dan ook, eerlijk. Wat jou jaren heeft gekost om op te bouwen kan door iemand, in één nacht, afgebroken worden. Blijf hoe dan ook bouwen. Het goede wat jij vandaag doet zal morgen door de mensen vergeten zijn. Blijf hoe dan ook goed doen.
Want weet je, in laatste instantie gaat het tussen jou en God; het ging trouwens nooit tussen hen en jou.

maandag 1 maart 2010

Citaten van Frederik van Eeden

Toen ik mijnen God vond, heb ik gezegd: ‘dit is de God der menschen niet. Den God waarvan menschen praten vind ik niet, die is geen God, een schijnbeeld.’
En men heeft mij niet verstaan en mij boos bejegend.
Frederik van Eeden - Johannes Viator
---
'Zijt gij Jezus, zijt gij God?' vroeg Johannes.
'Noem die namen niet,' zeide de gestalte, 'zij waren heilig en rein als priestergewaden en kostelijk als voedend koren, doch zij zijn tot draf geworden voor de zwijnen en tot narrekleederen voor de dwazen. Noem hen niet, want hun zin is tot dwaling, hun wijding tot spot geworden. Wie mij kennen wil, werpe die namen weg en luistere naar zichzelven.'
Frederik van Eeden - De Kleine Johannes