Zoals een albatros alleen moet gaan.
Zoals mijn onbevreesde zuster maan
die zelf de nacht verlicht die zij doorstaat.
Geen huis meer achter mij,
geen huis meer voor.
Alleen de woorden die ik in mij hoor,
alsof een medestem mij kent en leidt.
geen huis meer voor.
Alleen de woorden die ik in mij hoor,
alsof een medestem mij kent en leidt.
Ik kan niet anders dan in luister gaan.
Als had ik vleugels, deed ik sterren aan.
Met u alleen de weg, met u alleen.
Maria de Groot
Geen opmerkingen:
Een reactie posten